Mijn verhaal: Bruno
Niet de klappen
ontwijken, wel er zo goed mogelijk mee omgaan'
Volgens Bruno Demuynck, die lijdt aan longvlieskanker, is dat de kunst van het leven
Marathons, pittige fietsritten, een ironman. Voor Bruno Demuynck kon het sportief niet uitdagend genoeg zijn. Maar in 2018 sputterde zijn lichaam plotseling tegen. 'Longvlieskanker deed me stilstaan. Letterlijk en figuurlijk.' Bruno was toen 45. De kans dat hij zijn 50ste verjaardag zou halen, was volgens de artsen 20 procent.
Zonder doekjes
Hopen of geloven
'Helaas herviel ik anderhalf jaar later. Radiotherapie, systeemtherapie, immuuntherapie, chemotherapie: ik kreeg het allemaal. Die behandelingen zullen trouwens blijvend nodig zijn, want genezen kan ik niet meer. Toch blijf ik optimistisch.
Ik geloof in de wetenschap en ga ervan uit dat er steeds betere medicatie op de markt komt die me weer een eindje verder brengt.'
Ik wil mijn ziekte positief dragen. Dat ben ik verplicht aan mijn vrouw, mijn drie kinderen en alle mensen die ik graag zie.''
Bovendien is dat volgens mij ook de kunst van het leven: niet de klappen ontwijken, maar wel er zo goed mogelijk mee omgaan. Ondanks mijn ziekte wil ik de positieve en enthousiaste Bruno blijven die ik vroeger ook was. Ik ga er bovendien van uit dat ik de uitzondering zal zijn, de persoon bij wie de tumoren het onderspit delven. Dat moet ook. Het is niet draaglijk als je voortdurend met het idee rondloopt er over enkele maanden niet meer te zijn. Ook voor je omgeving ben je dan niet meer te genieten.
Ik vind het daarom geen goed idee dat artsen overlevingstermijnen uitspreken. Ik ken ondertussen veel mensen bij wie die voorspellingen niet de realiteit geworden zijn.'
De koers van mijn leven
'Ook mijn job heeft me de afgelopen vijf jaar op de been gehouden. Ik ben zaakvoerder van een meubelbedrijf en heb 45 mensen in dienst. Doordat ik zelfstandig ben, kan ik beslissen wanneer ik werk en wanneer niet. Na mijn operatie ben ik zes weken afwezig geweest. Dat was al lang voor mij. Mijn job is mijn passie. Doordat ik de afgelopen vijf jaar kon blijven werken, heb ik altijd het gevoel gehad dat ik nog meetelde in de maatschappij. Daarnaast kon ik er mijn zinnen mee verzetten zodat ik niet voortdurend zat te kniezen.'
'Pieker ik dan nooit? Toch wel. Vooral 's nachts kan ik last hebben van donkere gedachten. Als dat gebeurt, sta ik op en schrijf ik mijn zorgen op. Voor mezelf, om het een en ander op een rijtje te krijgen. Noem het therapeutisch als je wil. Ik had nooit de intentie om met die teksten iets te doen. Maar na een tijd ging ik me afvragen of andere mensen niet gebaat konden zijn bij mijn verhaal. Ik had toch ook kort na mijn diagnose de boeken van wielrenner Lance Armstrong en tienkamper Thomas Van der Plaetsen over hun kankers gelezen?'
'Toen ik op een dag bevriend raakte met een ghostwriter, werd het plan om mijn verhaal in een boek te gieten concreet. We zouden geen feitenrelaas maken, maar fictie schrijven. Ik vertelde mijn ghostwriter de feiten en hij ging er creatief mee aan de slag. Het werd een verhaal over de koers, over ondernemen, over leven en over de impact van kanker. En met de belangrijke boodschap: ga niet hopen, want daar gaat te veel twijfel van uit. Maar geloof erin. Rotsvast.'
De
oude Bruno
'Wie mij niet kent, ziet niet dat ik ziek ben. Gelukkig maar. Ik wil niet voor de rest van mijn leven patiënt zijn. Toch is mijn leven na de diagnose erg veranderd. Vooral op fysiek vlak is er van de oude Bruno nog maar weinig over. Doordat ik verder leef met één long, zit fietsen of lopen er niet meer in. Toch blijft sport belangrijk. Mijn zonen voetballen en ik ben hun hevigste supporter. Omdat er ribben verwijderd werden, loop ik wat scheef en die houding heeft invloed op de rest van mijn lichaam. Ik ga dan ook vaak bij de kinesist. Daarnaast heb ik last van vermoeidheid. Een gevolg van de vele behandelingen.'
'Ook de mentale impact van kanker op het lichaam mag je niet onderschatten. De spanning als een onderzoek op de agenda staat, maar gelukkig ook de ontlading als de resultaten goed zijn. Wat ik vooral frustrerend vind aan die ziekte is dat je zelf zo weinig kan doen. Bij sport of in een job is dat helemaal anders. Wil je sneller lopen tijdens een marathon, dan train je meer. Wil je dat je firma het beter doet, dan werk je harder. Bij kanker sta je machteloos.'
Eén
lelijk hoofdstuk
'Ik ben ook als persoon veranderd. Vroeger was ik overactief. Ik hield van uitdagingen en haastte me van het ene naar het andere project. Maar ik ben nu veel voorzichtiger geworden in het maken van plannen. Telkens weer duikt dan onvermijdelijk de vraag op: zal ik dat project nog aankunnen en zal ik er nog zijn tegen dat het van start gaat of beëindigd wordt?'
'Ik
ben nu vijf jaar ziek. Statistisch hoor ik dus bij die 20 procent gelukkigen
die na vijf jaar nog in leven zijn. Als ik terugkijk op die afgelopen periode
dan voel ik dankbaarheid. Ik ben rustiger geworden. Ik sta letterlijk en
figuurlijk meer stil. Omdat het moet. Maar net daardoor leef ik bewuster, weet ik
heel goed welke mensen belangrijk zijn voor mij en kan ik veel meer genieten
van kleine dingen.
In een boek met honderd hoofdstukken, maakt één lelijk hoofdstuk de andere net mooier. Dat is een beetje de ervaring die ik heb.'
Heb je eventuele reacties over dit artikel?